De verdachte haalde in september 2021 in Amsterdam contante geldbedragen op van in totaal ruim 1,2 miljoen euro. Hij deed het briefgeld in een sporttas en in een plastic tas en verstopte dit in een verborgen ruimte in zijn auto. Bij een verkeerscontrole op de snelweg bij Hank werd de verdachte aangehouden en trof de politie het geld aan.
De verdachte wilde niet verklaren waar het grote geldbedrag vandaan kwam. Daarbij komt dat de auto niet op naam van de verdachte stond. Het geld was verborgen in een geheime ruimte in de auto waarbij het ging om een grote hoeveelheid biljetten van met name 50 eurobiljetten die in plastic tassen waren verpakt. Ook stuurde hij voorafgaand aan het ophalen van het geld berichten waaruit op te maken is dat hij duidelijk wist wat hem te doen stond. Hierbij werd gebruik gemaakt van een zogeheten token in de vorm van een 5 euro biljet met een specifiek serienummer. Zo'n token wordt gebruikt om te zorgen dat het geld aan de juiste persoon wordt overgedragen. Alles bij elkaar oordeelt de rechtbank dat de verdachte wist dat het om illegaal geld ging. Daarom wordt de verdachte veroordeeld voor het witwassen van ruim 1,2 miljoen euro.
Uit het dossier blijkt bovendien dat de verdachte tussen 1 en 15 september 2021 betrokken is geweest bij meerdere geldtransporten door Nederland. Hij had ook daarbij een rol als koerier. Gelet op de professionaliteit, de hoogte van het bedrag en de ernst van het delict oordeelt de rechtbank dat de verdachte in die periode een gewoonte maakte van witwassen.
Aantasting van de economie
Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat door het witwassen van crimineel vermogen inkomsten uit onderliggende criminaliteit ter vrije beschikking komen. Het vormt een aantasting van de economie en is, mede vanwege de ondermijnende invloed ervan op het legale handelsverkeer, een bedreiging voor de samenleving. De verdachte bekommerde zich niet om de effecten van zijn gedrag.
De rechtbank vindt een taakstraf, zoals de verdediging verzocht, te mild. De officier van justitie eiste naast een celstraf ook een hoge geldboete. Voor de rechtbank is onduidelijk wie door die geldboete getroffen zal gaan worden. De verdachte in ieder geval niet, want hij heeft hier het geld niet voor, waardoor anderen dit bedrag zullen gaan betalen. Al met al volstaat de rechtbank met een celstraf van 2,5 jaar.