De 77-jarige lichtte binnen een periode van een aantal jaren meerdere personen op door zich voor te doen als financieel en juridisch adviseur. Door hun vertrouwen te winnen maakten de benadeelden - onder valse voorwendselen - grote geldbedragen naar hem over. Daarmee benadeelde hij deze personen financieel, terwijl hij er zelf beter van werd. Ook het vertrouwen dat zij in hem hadden beschadigde hij ernstig.
Beroepsverbod
De man pleegde de strafbare feiten terwijl deze rechtbank in 2018 een beroepsverbod had opgelegd. Door het beroepsverbod mocht hij niet meer als adviseur in de financiële sector optreden. De man waste meerdere geldbedragen wit en verzuimde tijdens het faillissement van zijn bedrijf om de administratie aan de curator te verstrekken. Dit zijn ernstige handelingen. Ondanks het eerder aan hem opgelegde beroepsverbod ging hij gewoon door met oplichtingspraktijken.
Uitspraak in overeenstemming met procesafspraken
Het Openbaar Ministerie maakte procesafspraken met de man en zijn advocaat. Die hielden kort gezegd in dat de advocaat tijdens de behandeling van de strafzaak geen onderzoekswensen indient en geen bewijsverweren voert. De officier van justitie zou in dat geval een gevangenisstraf van 15 maanden, waarvan 10 voorwaardelijk vorderen. Daarnaast moet de man zich aan een aantal bijzondere voorwaarden houden en schadevergoeding betalen aan de slachtoffers. De rechtbank oordeelt dat dit in dit strafdossier een passende straf is.