ARNHEM - De militaire kamer veroordeelt een 28-jarige militair voor het bezitten en verkopen van verschillende soorten drugs en wapenbezit. Hij krijgt een gevangenisstraf van 8 maanden.

De Koninklijke Marechaussee deed onderzoek naar een vermeende drugshandelaar. Ze kregen de man in beeld toen ze telefoonberichten van de vermeende drugshandelaar uitlazen. De 28-jarige militair zou degene zijn die de drugs verkocht. Naar aanleiding hiervan startte ze een onderzoek. Op 2 april 2024 hield de politie de man aan nadat ze zijn woning binnenstormden. In de woning trof de politie drugs(attributen), pistolen, een ploertendoder, een oefenbrisantgranaat én een Albert Heijn-tas met 4 duizend euro contant geld aan.

Gebruik en handel drugs

Volgens de militair begon hij in 2019 met het gebruik en handel van de toen nog legale designerdrug 3MMC. De militair kocht dit groot in, zodat hij het kon delen met zijn vrienden. Wanneer zij met zijn allen grote hoeveelheden inkochten, waren zij goedkoper uit. De militair bewaarde de drugs en vroeg daar een kleine vergoeding voor, aangezien hij hierdoor risico liep. Op 28 oktober 2021 werd de drug strafbaar gesteld, maar dit weerhield hem er niet van om 3MMC in te kopen. Waar de militair eerst nog een vaste groep van zo'n tien vrienden bediende, liep dit al snel op tot een veel grotere kring met zo'n negentig contacten. De militair gaf aan dat hij hiervan schrok en niet wist dat zijn bestand zo groot was.

Andere straf dan eis

De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 2,5 jaar, waarvan 10 maanden voorwaardelijk. De militaire kamer houdt er rekening mee dat de militair per 1 maart 2025 oneervol is ontslagen bij defensie vanwege de handel in drugs en wapenbezit. De militaire kamer legt de militair een gevangenisstraf van 8 maanden op, omdat de militair niet de bedoeling had om op grote schaal drugs te handelen en omdat de militair openheid van zaken heeft gegeven. Daarnaast is de handel in deze zaak niet vergelijkbaar met andere zaken in drugshandel.

Criminele winst terugbetalen aan staat

Tot slot moet de man een geldbedrag van bijna 11,5 duizend euro aan de staat moet betalen. Dit bedrag had de militair verdiend met de handel in drugs.